We’ve updated our Terms of Use to reflect our new entity name and address. You can review the changes here.
We’ve updated our Terms of Use. You can review the changes here.
/

lyrics

Over nutteloze zaken

Nog voor de mens kwam opdagen,
Begon hij al te klagen.
Dus bouwde hij een zwaardere wagen,
Om die vervolgens aan iemand voor te dragen.

Over vragen die er geen zijn,
Hoef je niet te denken tot je rugpijn,
Krijgt, en sla je over naar een volgende passage,
Als excuus voor een deugddoende massage.
Als dat alles mogelijk is,
Zo te kijken naar wat werkelijk is.
Heb je aan de waarheid niet veel zaaks,
En zie je snel dat alles haaks,
Staat, kijk nu rond en zeg wie is de idioot,
Is het hij die in zijn dwaasheid snoot,
Denkt te weten hoe het draait,
Maar verkeerd de akker maait.
In waan en blindheid is het hem ontgaan,
Waar we werkelijk voor staan.
Zichzelf in de biecht bedriegt,
En het anderen ook eens voorliegt,
Dat we ’t geld niet moeten meiden,
Als we honger willen bestrijden.
Al komt de nar dan nog met raad,
Die de molen de wind in slaat.
Met zijn praatjes oogst hij veel gelach,
Maar zeker weet hij dat op een dag,
Ze zullen keren en gewis,
Zien dat de welvaart gevallen is.
Als die al heeft bestaan,
Buiten tussen d’ oren en de waan.
Wie was het die met de uilen,
Die onthoofd werden niet wou ruilen,
Alle veranderingen ten keer,
Zichzelf haast raakte met een speer,
Die de blinde ten vallen bracht,
En zo een hoopje vormde aan de gracht.
Ook al blijven we vermeiden,
Dat alle sporen leiden,
Naar zij die hoog staan aangeschreven,
Maar ver buiten de wereld leven.
De wereld brengen ten val,
Zo wij allen in het dal,
Een toren bouwen en besluiten,
Dat we beter naast elkander fluiten,
Dan te dienen voor een goede zaak,
En zo eenzaam op onze eigen staak,
Verdorven van het kinderkwaad,
Gebukt onder onzichtbaar smaadt.
Kunnen we niet beter voor ’t genot,
Streven naar een pijnloos lot,
En al wie het slechte betracht,
Tot de eeuwigheid veracht.
Hij die roem bij ’t leven vermag,
En de zotheid plukt uit ieders dag.
Hebben wij dan niets vergaard,
’T zijn enkel de dwazen die hebben gespaard.
Als doedelzakken en bellen1ons vermaken,
Waarom de luit en harp2 niet laken, (2 werelds en religieus)
Of als de goochelaar die is geweest,
Die niet enkel ’t leven in boeken leest.
Van dwaasheid alsmaar meer gaan klagen,
Rondtrekkend steeds een voller geladen wagen.
Zijn we niet allen marginalen,
Die te veel om zichzelf malen,
En van het leven niets dan balen,
Of je bij regen ’t hooi moet binnenhalen.

credits

from 7 Satirische Liederen, released September 7, 2019
tekst en muziek ~ text & music Joris Van de Moortel
vokalen ~ voice Mauro Pawlowski

license

all rights reserved

tags

about

Sonic Poet

artist

contact / help

Contact Sonic Poet

Streaming and
Download help

Report this track or account

If you like Sonic Poet, you may also like: